Split-Dalmatië (Split-Dalmatia)
De provincie is verdeeld in drie natuurlijke delen: (1) het hoger gelegen binnenland (Kroatisch: Dalmatinska zagora) met vele karstvelden; (2) de smalle kustlijn met een hoge bevolkingsdichtheid en (3) de eilanden tussen de Dalmatische kust en de Adriatische Zee. Gedeelten van de Dinarische Alpen, waaronder ook Dinara vormen een natuurlijke grens met Bosnië en Herzegovina, de bergen Kozjak, Mosor en Biokovo vormen een grens tussen de kuststreek en het binnenland.
De belangrijkste bron van inkomsten in de provincie is het toerisme. De industrie en de sector landbouw worden steeds minder belangrijk.
De autosnelweg Split-Zadar-Karlovac-Zagreb en de Lika-spoorlijn verbinden Split-Dalmatië met de rest van Kroatië. De internationale luchthaven Split-Kaštela wordt voornamelijk in het zomerseizoen door toeristen gebruikt die met chartervluchten naar dit gebied vliegen. Op het eiland Brač is ook nog een (kleiner) verhard vliegveld.
Naast de grootste stad Split (189.000 inw. in het stadsgebied, 240.000 samen met Kaštela en Solin) zijn andere belangrijke kustplaatsen Trogir (11.000), Omiš (6500) en Makarska (13.400). In het binnenland zijn de grootste plaatsen Sinj (11.500 inw, 25.373 in de gemeente), Imotski (4350) en Vrgorac (2200).
Vanwege aanhoudende emigratie hebben de plaatsjes op de eilanden steeds minder inwoners, grotere plaatsen zijn Supetar (3000) op het eiland Brač, Hvar (3700) en Stari Grad (1900) op Hvar en Vis (1800) en Komiža (1500) op Vis.
De etnische bevolkingsstructuur is als volgt:
* Kroaten 446.539 (96,30%)
* Serviërs 5520 (1,19%)
* Albanezen 900 (0,19%)